De ervaringen van een oud militair motor rij-instructeur
Na
de ontdekking van de Triumph 3TA site op internet dacht ik bij me zelf:
“ hier kan ik mogelijk ook iets leuks aan bijdragen”. Ik
heb nog wel een paar oude foto’s uit mijn rij- instructie periode en
mogelijk zijn wat verhalen uit die tijd ook nog wel leuk om te lezen.
Ik
wens iedereen veel leesplezier.
Het
is voor mij allemaal begonnen op de, helaas, inmiddels verdwenen, Willem
III kazerne in Amersfoort. Dat
was begin 1968, ik was toen instructeur op de DAF YA-328 bij het
Delta-Eskadron, op zich een mooie job maar ik lonkte toch af en toe
jaloers naar mijn collegae van de motor club die, zelf rijdend, met de
leerlingen naast- voor of achter zich over ‘s wegen reden, terwijl ik
boven het geraas van de Hercules DAF motor trachtte mijn leerlingen de
edele kunst van het auto rijden, en double clutchen moest bij brengen. Toen
er een vacature kwam bij de “motorclub” stond ik dan ook vooraan om
mij te melden voor een baan als motor instructeur. Dat
was op zich al een probleem want de toenmalige collegae, allen oude rotten
die nog in Nederlands Indië en Korea hadden gediend, hadden een
behoorlijke stem in het kapittel. Maar
dank zij het feit dat ik voor die tijd zes jaar bij de Koninklijke Marine
had gezeten en dus ook iets van de wereld had gezien, al een burger
motorrijbewijs had en ook van een potje bier hield kwam ik door deze “ballotage commissie” heen. Toen
kwam voor mij de opleiding voor het militair rijbewijs A, op zich niet
zo’n probleem maar ik moest mij wel continue bewijzen. We
reden toen nog op de Matchless 350 cc bouwjaar 1956, de eerste met
achtervering en sommige instructeurs hadden al een motor uit bouwjaar
1961. Het
grootste genoegen van mijn toekomstige collegae was het terrein rijden,
iets wat je natuurlijk bij een burgerrijschool niet leerde. Daarbij
werd door ons de Leusderheide van links naar rechts en van voor naar
achter doorkruist waarbij je, zeker in het begin, meerdere malen onderuit
ging in het mulle zand. Dat
lukte ook meestal wel waarna de rit weer werd vervolg, tot de volgende
val. Deze
cursus bestond voor het merendeel uit terrein rijden, terrein rijden en
terrein rijden. Na het behalen van het diploma op 1 september 1969 terug naar Amersfoort en daar begon dan eindelijk het echte werk. Het Opleiden
De taak van onze groep was eenvoudig, het opleiden van dienstplichtige militairen tot motorordonnans. Deze
militairen hadden meestal geen burgerrijbewijs. De
cursus duurde 4 oefenweken waarbij de leerling werd onderwezen in:
verkeer, kennis voertuig, voertuig administratie, onderhoud en rijden
zowel op de weg als in het terrein. In de
wetenschap dat het militair-rijbewijs kon worden overgeschreven naar een
burgerrijbewijs hadden wij meestal een speciale behandeling voor diegenen
die met dat doel bij ons de rijopleiding kwamen volgen. Dat
resulteerde meestal in het op hele warme dagen met een dik, leren
motorpak, terrein rijden op de Leusderheide, het liefst met de oudste
Matchless. Hadden wij toch een beetje genoegdoening……………. De
komst van de Triumph 3TA. Na een enkele jaren op de Matchless te hebben gereden kwamen tot onze grote blijdschap de eerste Triumph’s 3TA binnen. Dat
was voor ons geen stap maar een sprong voorwaarts. Om
maar een paar voordelen te noemen, zitcomfort, vermogen, vering,
bodemvrijheid, snelheid kortom, een grote vooruitgang. Iets
wat ik persoonlijk in die tijd heel leuk vond, trial, allerlei moeilijke
kunstjes uithalen met weinig snelheid en zonder “pootjes” aan de
grond. De rijles Het geven rijlessen in die tijd ging als volgt. De
meeste leerlingen hadden geen ervaring met motoren, een enkeling had een
burgerrijbewijs doch de meeste hadden slechts ervaring met bromfietsen. Een
van die gewoonten was om na
het starten veel en vaak het gas open en dicht te draaien waardoor het
toerental uiteraard continue omhoog en omlaag ging. Voor
het starten werd eerst het z.g. eerste appél uitgevoerd, dat is een
volledige check van de motor, het controleren van motorolie, banden (
visueel), verlichting claxon, brandstof, kortom, een heel scala van
controles volgen een vaste volgorde. Iedere
leerling kreeg in principe zijn “eigen” motor waarop hij zijn gehele
opleiding bleef rijden. De
instructeurs hadden ook allen hun eigen motor en daar kwam niemand aan,
die waren heilig. Na
wat demo’s wegrijden, stoppen en wat rondjes in de eerste versnelling
werd de snelheid wat opgevoerd en kwam het op-en terug schakelen aan bod. Na
enige tijd gingen we verder met het z.g kleine werk, dat is een soort
motor gymnastiek met als doel de motor goed onder controle te krijgen en
er vertrouwd mee te raken. En
hielpen de ongelukkige die viel met het weer opstaan, de valbeugel recht
trappen om daarna de man weer in het circuit terug te sturen. Het
lijkt allemaal heel heftig maar we hebben in die tijd nooit ernstige
gewonden of grote schades gehad…………… Intussen
hadden de leerlingen ook de nodige theorie verkeerslessen gekregen van de
examinator en kwam de tijd dat we de openbare weg opgingen. Dat
ging ook heel simpel, een stuk of 10 a 12 leerlingen op een rij, een
instructeur voorop, deze gaf de route aan en de hele meute volgde. Achter
aan sloot een instructeur de rij en zorgde dat alles mee kwam. Na
verloop van tijd werden de gekozen routes wat moeilijker, de snelheden
opgevoerd en kwam ook het lessen in en door de stad in het beeld. In
het laatste deel van de opleiding werden er door ons ook veel dagritten
gemaakt. Verder
konden we in principe overal heen, we tekenden onze eigen rijopdrachten,
riepen tegen de “baas” waar we heen gingen en weg waren we weer.
Op bovenstaande foto was ik een diepe kuil op de Leusderheide in gereden en kwam hier, na enkele pogingen weer naar boven. Ik was in die tijd de "jonge hond" binnen de groep en werd nogal eens uitgedaagd om dit soort dingen te doen.
En
omdat een militaire motorrijder nu eenmaal niet altijd over keurig,
gebaande wegen zal rijden stond ook het rijden in het terrein natuurlijk hoog in het vaandel. En
dan na de opleiding het examen, dat ging op dezelfde manier als het
lessen. De
slagingspercentages staan mij niet meer bij maar de uitval was zeer laag.
Op deze foto laat ik mij via een andere kant in deze kuil zakken, de leerlingen lieten we dit soort dingen maar niet doen, ze mochten wel kijken en als er eens iets mis ging mocht er ook gelachen worden.......... Zoals aan de meeste leuke dingen in het leven komt aan alles een einde dus ook aan ons mooie leventje bij de motoropleiding in Amersfoort. In
1972 werd de eigen Cavalerie rijschool opgeheven en samengevoegd met
andere rijscholen onder de noemer Rijschool Amersfoort. De
motoren werden hier niet in opgenomen en verdwenen naar de Rijschool
Bergen op Zoom, locatie Cort Heijligers kazerne. Met
pijn in het hart moesten we onze trouwe “stoomfietsen” zelf laden in
een grote oplegger die ze daarna naar Bergen op Zoom vervoerde. Wij,
de examinatoren en rij-instructeurs werden heringedeeld en ik zou weer als
instructeur op de YA-328 terugkeren, iets waar ik totaal geen zin in had. Tijdens
een voorlichting van de Commandant Rijopleidings Centrum, de toenmalige
Kolonel Herberink, heb ik hem gevraagd hoe het stond met het
motorinstructeurs bestand in Bergen op Zoom. Het
antwoord was simpelweg: niet best, veel tekorten en nog instructeurs in
opleiding. Toen
ik mij spontaan aanmeldde om
die kant op te gaan werd dit gelijk op hetzelfde moment geregeld en kon ik
‘s avonds aan mij vrouw en de twee kinderen mededelen dat we gingen
verhuizen naar Bergen op Zoom. Ik
had een en ander uiteraard al met mijn echtgenote overlegd, het kwam voor
haar dus niet onverwacht. Rijschool Bergen op Zoom Het werken bij de rijschool Bergen op Zoom week niet zoveel af van dat bij ons in Amersfoort. Er
zaten wel veel jonge, onervaren instructeurs bij, de club was veel groter
dan ik gewend was en de vrijheid die we in Amersfoort hadden was hier ver
te zoeken………….. Als
hulpmiddel bij het lessen hadden ze daar wel een handigheidje bedacht.
Peter op de KS-42-36 onderweg tussen Bergen op Zoom en Halsteren, richting Hellegatsplein.
Iets
wat daar natuurlijk ook prachtig was waren de ritten door West Brabant en
de dagritten door Zeeland. Ik
herinner me nog een rit over de Zeeland brug waarbij we zelf een gulden
tol moesten betalen. Ook
dat was voor de leerlingen geen probleem, ze vonden het allang lekker,
midden in de zomer een heerlijke rondrit door het Zeeuwse land.
Met de hele club, leerlingen tussen ons in, richting Zeeuwse kust, hier rijden we vanaf het Hellegatsplein richting Grevelingendam.
Wat
hier ook min of meer een rage onder de instructeurs was, trachten om de
onderkant van je voetsteun rubbers zoveel mogelijk schuin af te slijten. Ook
staat mij nog een opname bij van een Tros programma waarbij een reportage
gemaakt werd van een deel van een door mij gegeven rijles. Over
mijn gehele Bergse periode staat mij slecht een ernstig ongeluk bij, een
jonge instructeur die op de bekende slingerdijk in de buurt van Welberg
voor de leerlingen uit reed ging met te hoge snelheid door een bocht en
vloog eruit. Ik
ben nog tot april 1975 als motor instructeur werkzaam gebleven in Bergen
op Zoom. Daarna
begonnen aan de onderofficiers opleiding en als wachtmeester der Cavalerie
terechtgekomen tussen de Leopard tanks……….. helaas verloren voor de
rij wereld. Jaren
later, tijdens een oefening in Duitsland heel even de Moto Guzzi van mijn
ordonnans “geleend”. Ik
hoop met dit toch redelijk lang geworden verhaal toch een beetje de gang
van zaken bij de toenmalige militaire motorrijschool wereld te hebben
toegelicht. Tot
slot nog even in kort iets over mezelf: Ik ben in 1967 na zes jaar bij de
Koninklijke Marine te hebben gediend over gegaan naar de Koninklijke
Landmacht.
Dit was een van de laatste foto's van onze club op het achterterrein van de Willem III kazerne in Amersfoort. Kort na deze foto werd de zaak opgeheven en de motorrijschool verplaats naar Bergen op Zoom. Op deze foto staan de examinatoren, onze 2e echelons ( burger) monteur en de laatste instructeurs. Staande, meest rechts, schrijver dezes. klik op de foto voor een vergroting
Hoogland
21 mei 2004. Peter
Koster
|